Transparante samenwerkingsvormen: actie vereist vóór en in 2025?
Indien u participeert in een transparant samenwerkingsverband, raden wij u aan om nog vóór 2025 een kleine actie uit te voeren. Het is aan te bevelen om nog dit jaar vast te leggen dat het de bedoeling is dat uw samenwerkingsverband transparant blijft voor de heffing van inkomsten- en vennootschapsbelasting. Graag lichten wij dit toe.
Fonds voor gemene rekening
Per 1 januari 2025 wijzigt de definitie van het fonds voor gemene rekening. Een FGR wordt belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting als wordt voldaan aan de volgende definitie: een fonds ter verkrijging van voordelen voor de deelgerechtigden door het voor gemene rekening beleggen of anderszins aanwenden van gelden, mits dit fonds wordt aangemerkt als een beleggingsfonds of fonds voor collectieve belegging in effecten als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht en de deelgerechtigdheid in dit fonds blijkt uit verhandelbare bewijzen van deelgerechtigdheid. Een FGR kan dus alleen belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting worden als zij kwalificeert als een beleggingsfonds als bedoeld in artikel 1:1 Wet op het financieel toezicht (Wft): een niet in een beleggingsmaatschappij ondergebracht vermogen waarin ter collectieve belegging gevraagde of verkregen gelden of andere goederen zijn of worden opgenomen teneinde de deelnemers in de opbrengst van de beleggingen te doen delen.
Het begrip fonds voor gemene rekening is vormvrij. Daardoor kan ook een commanditaire vennootschap, maatschap of met een STAK gecertificeerd vermogen, kwalificeren als een fonds voor gemene rekening. Door de wetswijziging dreigen deze samenwerkingsverbanden – die bijvoorbeeld investeren in vastgoed – (tijdelijk) belastingplichtig te worden voor de vennootschapsbelasting. Wanneer precies sprake is van een Wft-beleggingsfonds, is in de praktijk niet altijd duidelijk. En die onduidelijkheid zorgt er nu voor dat actie vereist is voor al deze transparante samenwerkingsvormen.
Maar een oplossing ligt binnen handbereik.
Inkoopvariant blijft transparant
Het fonds voor gemene rekening waarvan bewijzen van deelgerechtigdheid uitsluitend kunnen worden vervreemd aan het fonds zelf (de zogenoemde inkoopvariant) blijft fiscaal transparant. Dus als in de FGR-overeenkomst, CV-overeenkomst, maatschapsovereenkomst of STAK-certificeringsvoorwaarden wordt opgenomen dat de participaties uitsluitend kunnen worden vervreemd aan het samenwerkingsverband zelf (FGR, CV, maatschap of STAK), dan blijft het samenwerkingsverband transparant.
Wijziging overeenkomst
Het wijzigen van de samenwerkingsovereenkomst kan enige tijd duren. Daarom heeft de wetgever overgangsrecht gemaakt. Dit overgangsrecht is van toepassing als aan de volgende drie cumulatieve voorwaarden wordt voldaan:
- Het samenwerkingsverband zou per 1 januari belastingplichtig worden voor de vennootschapsbelasting, omdat het fonds niet uitsluitend de inkoopvariant kent;
- De fondsvoorwaarden worden uiterlijk op 31 december 2025 gewijzigd, zodat vóór het einde van 2025 sprake is van een inkoopvariant.
- Vóór 1 januari 2025 bestaat het voornemen van de beheerder om de inkoopvariant overeen te komen.
Actie vóór 2025: vastleggen voornemen om inkoopvariant overeen te komen
Het voornemen om de inkoopvariant op te nemen in de samenwerkingsovereenkomst, kan op verschillende manieren worden vastgelegd door de beheerder van het fonds (zoals de beherend vennoot van een commanditaire vennootschap) of door alle participanten tezamen. Dit voornemen dient bijvoorbeeld te blijken uit verstrekte notulen, correspondentie (zoals onderlinge e-mails, een e-mail aan alle participanten of een e-mail aan uw adviseur).
Ook als het uw verwachting is dat u niet kwalificeert als Wft-beleggingsfonds, adviseren wij u zekerheidshalve het voornemen vast te leggen.
Actie in 2025: daadwerkelijk wijzigen van de overeenkomst?
In 2025 kan nader worden bekeken of het inderdaad noodzakelijk is de fondsvoorwaarden te wijzigen om de fiscale transparantie te behouden c.q. om (tijdelijke) belastingplicht voor de vennootschapsbelasting te voorkomen. Indien vervolgens de conclusie wordt getrokken, dat uw samenwerkingsverband niet kwalificeert als Wft-beleggingsfonds, hoeft de samenwerkingsovereenkomst niet te worden gewijzigd door opname van de inkoopvariant.
Ook interessant
Gerelateerde Berichten
Blijf op de hoogte dankzij de inzichten van onze specialisten. Lees nieuws en blogs over ‘dienst’ die nieuwe invalshoeken bieden op actuele onderwerpen.