Spring naar content

Anonimiseren van vermogen via de (open) commanditaire vennootschap

Het vermogen van de personal holding van de dga is steeds eenvoudiger zichtbaar én naar hem te herleiden. Er zijn echter tal van redenen denkbaar waarom u uw bedrijfsmatige financiën liever anoniem houdt.

De meeste DGA’s gebruiken een bv als personal holding. Deze vennootschappen zijn verplicht om (een gedeelte van) hun financiële positie te publiceren bij de Kamer van Koophandel. Om onder deze publicatieplicht uit te komen, kan er gebruik gemaakt worden van alternatieve rechtsvormen, zoals de commanditaire vennootschap (hierna: CV). De CV heeft, in de functie van personal holding, namelijk géén publicatieplicht.

Een CV kenmerkt zich door een verschillende aard van de vennoten. Er zijn één of meer beherende én commanditaire (stille) vennoten. De beherende vennoten zijn bevoegd om namens de CV te handelen. De commanditaire vennoten zijn in feite slechts kapitaalverstrekker.

De DGA die het vermogen van zijn personal holding wil anonimiseren, kan zijn aandelen in die vennootschap als commanditair vennoot inbrengen in een nieuwe CV. Veelal vervult hij dan via een andere BV of stichting ook de functie van beherend vennoot. Vervolgens wordt de personal holding geliquideerd en komt het vermogen in de CV. Vanaf dat moment blijft het vermogen buiten publicatie.

De belastingdienst is zeer terughoudend in het verlenen van medewerking aan deze anonimiseringsstructuren, omdat deze haaks zouden staan op de Europese tendens naar meer transparantie ter voorkoming van witwaspraktijken.

De structuur wordt echter niet opgezet vanwege belastingmotieven (alle claims blijven behouden) en de CV moet (net als een bv) aangifte vennootschapsbelasting doen, zodat het hele vermogen voor de belastingdienst wél zichtbaar blijft. De Staatssecretaris heeft laten weten dat er geen reden is om een verzoek tot het aangaan van deze structuur af te wijzen, zolang de oprichting is gericht op bescherming van de privacy van de DGA en zijn familie.

Voor informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Arjen Keijbets of Mathieu Neve.