Spring naar content

Woonplaats niet van belang voor toepassing verdrag

Een werknemer die in België woont en die door zijn Nederlandse werkgever wordt uitgezonden naar China, blijft op grond van het Nederlandse sociale zekerheidsverdrag met China in Nederland sociaal verzekerd voor ouderdom, werkloosheid en nabestaanden.

Een werknemer heeft de Belgische nationaliteit en woont in België. Sinds 1 oktober 2014 werkt hij in Nederland voor een bv en is de Nederlandse socialezekerheidswetgeving van toepassing. Van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2019 wordt hij door zijn werkgever uitgezonden naar China. Op verzoek van de werknemer verklaart de SVB, op grond van artikel 11a van het besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen, dat belanghebbende van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2019 verzekerd is gebleven voor de Nederlandse volksverzekeringen.

 

De werknemer is het daar niet mee eens. De werknemer stelt dat hij onder de werkingssfeer van het sociale zekerheidsverdrag tussen Nederland en China valt en dat hij op grond van het verdrag in Nederland sociaal verzekerd blijft voor de AOW, Anw en WW gedurende zijn werkzaamheden in China. In de beroepsfase stelt de SVB dat de Belgische socialezekerheidswetgeving van toepassing is.

 

Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de Nederlandse socialezekerheidswetgeving, op grond van art. 6 van het sociale zekerheidsverdrag tussen Nederland en China van toepassing is op de werknemer gedurende zijn detachering in China. De rechtbank overweegt daarbij dat het Verdrag van toepassing is op de situatie van de werknemer. Dat de werknemer in België woont is geen reden om hem een beroep op het Verdrag te ontzeggen. Het Verdrag stelt namelijk niet de voorwaarde dat de werknemer op het grondgebied van één van de verdragsluitende partijen moet wonen. De rechtbank overweegt verder nog dat art. 11 lid 3 onderdeel e EG-Verordening 883/2004 niet van toepassing is. Toepassing van deze bepaling zou namelijk afbreuk doen aan de hoofdregel van de Verordening: toepassing van het werklandbeginsel. Dit beginsel is er op gericht dat voor werknemers die in hetzelfde land werkzaam zijn dezelfde socialezekerheidswetgeving geldt en dezelfde premies verschuldigd zijn. Ook zou er een verschil in behandeling ontstaan ten opzichte van de in Nederland wonende collega’s van de werknemer die naar China worden uitgezonden.

 

Het beroep is gegrond. De werknemer is van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2019 in Nederland verzekerd gebleven op grond van het Verdrag.

 

Bron: Rb. Amsterdam 07-04-2020, nr. 19/746

Ook interessant

Gerelateerde berichten Berichten

Blijf op de hoogte dankzij de inzichten van onze specialisten. Lees nieuws en blogs over ‘dienst’ die nieuwe invalshoeken bieden op actuele onderwerpen.